maandag 18 augustus 2014

Vastgoed gaat nooit fout, en mensen willen altijd haring

Dit stukje is iets anders geworden dan wat ik dacht toen ik ermee begon. Soms ben je aan het schrijven, en gaat je stukje een eigen leven leiden, en wordt het over iets heel anders dan wat je eerst van plan was. Dat is ook wel leuk, ergens.

Ik krijg vanalles aan klanten. De meeste zijn hele gewone mannen, die je overal tegen kan komen. Maar ik kom ook de uitschieters tegen. Die houden het werk interessant. Ik vind gewone klanten heel fijn om mee te werken, maar iedereen heeft variatie nodig. Je bent toch met zoiemand bezig, en je leert ze een beetje kennen, en zo zie je dat er meer in de wereld is. Van je klanten kan je best wat leren.

Tussen mijn klanten zitten bestwel veel zakenmannen. Ondernemers vooral, maar ook mensen die zakendoen in dienst van grote bedrijven. Sommige ambtenaren horen daar ookwel tussen vind ik, want die doen hetzelfde werk, en hebben dezelfde mentaliteit, ookal spelen ze niet met hun eigen geld en hun eigen risico. Er is in de zakenwereld meer geaccepteerd om een hoer te bezoeken dan in andere wereldjes, dus ik zie ze een beetje meer.

Een eerder stukje gaat al over een ondernemer die graag met me over ondernemen praatte, maar zo zijn er wel meer. Als je met een vent contact maakt, krijg je altijd veel over zijn werk te horen. Vaak zijn ze daar een stuk meer thuis dan thuis. De meeste hebben vooral te klagen, en dat begrijp ik wel. Werk is zwoegen, en het kan frustrerend zijn. Maar ondernemers gaan toch wel een stapje verder.

Jaren terug, toen ik net gesetteld was, kreeg ik een vaste klant die er meteen al uitsprong. Een lange, dunne jongen, met blonde lokken in een Zuidas-kapsel, en een knap gezicht. Jong voor zo'n vent. Een beetje kort en dun geschapen, maar dat zal de coke wel hebben gedaan. Hij droeg altijd krijtstreep, en was al snel met de gevlamde cognac schoenen toen dat nog nieuw was. Hij kwam voor een vluggertje, en vooral veel praten. Over zijn werk natuurlijk.

Hij begon altijd met interesse tonen in mij, en na mijn eerste zin kwamen we op zijn werk terecht. Dat is ook nooit anders geworden. Soms was het duidelijk dat hij geboekt had omdat hij een nieuwe overwinning aan kwam melden bij me. Dat vierde hij intens. Zijn hele loopbaan bestond uit de ene klapper na de andere. Hij liep binnen, met bedragen die ik echt schokkend vond. Ik was wel nieuwsgierig hoe hij dat deed.

Ik hoefde niet te vragen, want hij kwam er zelf altijd meteen mee. Vastgoed. Hij kocht het in, en verkocht het weer. Vastgoed kon niet foutgaan volgens hem. Een kavel gaat nooit failliet, dus het is een betere investering dan een bedrijf. Er blijven meer mensen komen, maar Nederland wordt niet groter. De bestemmingsplannen zorgen dat je weet dat mensen alleen bij jou terechtkunnen. Door milieuregels verplaatsen bedrijven zich naar de plaatsen die jij hebt aangekocht. Alleen maar winst.

Er waren ook minder schone kanten van wat hij zei. Hij vertelde dat mensen steeds hogere prijzen accepteren door de overwaardehypotheken en beleggingshypotheken. Hij vertelde dat je soms de koppen bij elkaar moest steken als vastgoedhandelaars om de prijs op te drijven. Hij vertelde over gemeentes die bestemmingsplannen maakten en zich lieten bespelen om een betere deal te krijgen als ze land verkochten.

Hij was heel trots dat hij "goed had gegokt" bij de bouwfraude. Volgens hem was er toch wel wat bangigheid dat het ernaar zou leiden dat de hele vastgoedwereld tegen het licht zou worden gehouden, maar hij had erop gegokt "dat de overheid dat niet zou durven," en hij kreeg gelijk. De bouwbedrijven betaalden een schijntje, en het bleef rustig. Daar heeft hij grote klappers mee gemaakt.

Jarenlang hoorde ik alleen maar succes. Ook toen de kredietcrisis kwam, en de markt instortte. De klappers kwamen minder vaak, maar hij had alleen goed nieuws. Hij kwam nog steeds met bedragen waar ik stil van werd. Als ik hem weleens vroeg of hij al miljardair was, lachte hij alleen bescheiden. Ik was erg nieuwsgierig naar zijn geheim, maar hij vertelde alleen de dingen die iedereen wel weet.

Eigenlijk had ik altijd gedacht dat hij over die bedragen jokte. Dat doen wel meer mannen. Veel mannen vinden een bezoekje aan een hoer ook even een momentje om zich te laten zien zoals ze willen. Daar schrijf ik binnenkort wel een stukje over. En als iemand zoveel geld verdient, dan zie je hem wel in de Quote of in Business Class een keer langskomen. Of ergens op TV. En daar kende ik hem toch niet van. Dus ik liet het maar.

Hij kwam een poosje niet, maar dat was niet ongewoon. Hij liet soms een jaar niets van zich horen. Drie maanden na zijn laatste bezoekje kwam hij opeens aan mijn deur. In instappers en een Pearl Jam T-shirt. Hij was een compleet andere man geworden. Zijn hele persoonlijkheid was anders. Hij was veel bedachtzamer, leek intelligenter, was een beetje verdrietig, en een beetje nuchterder dan ik hem kende. Misschien wel omdat hij nu zijn coke niet meer kon betalen.

De aap die uit de mouw kwam, was dat zijn bedrijven in faillissement waren. Hij mocht nergens meer bij van de curator. Het was allemaal misgegaan. Ik heb hem uitgebreid extra tijd gegeven, want eerlijk gezegd was ik gefascineerd. Die verandering, en dat zijn zaken zo fout konden gaan, dat kon ik geen plekje geven. Hij legde het uitgebreid uit, als een bekentenis, zonder zich beter te maken, en zonder zich groot te houden.

Het bleek een heel erg bekend probleem te zijn. Hij had zich rijk gerekend. Als hij een stukje van een project voor een hoge prijs had verkocht, dan rekende hij de rest alvast in alsof het voor dezelfde prijs zou gaan. Hij zag zijn voorspelde winsten zo hoog, dat rente, onderhoud, belasting en rechten op het kavel konden worden genegeerd. En als hij één klapper maakte, rekende hij erop dat hij dat eindeloos zou herhalen.

Dat werkt niet. En als je niet de hele tijd àl je geldstromen in de gaten houdt, dan raak je snel kwijt hoe de zaken eigenlijk gaan. Dan grijp je ook te laat in. En als je opeens geen cash meer hebt om te kunnen betalen, en je denkt dat je al die gebouwen waar je al jaren aan vasthoudt voor een hoge prijs dan opeens kan verkopen, dan krijg je opeens niets meer gedaan. Toen kwamen de verliezen, de ene na de andere, vooral omdat de waarde er nooit was geweest. Maar de leningen waren er nog.

Een vriendin van me werkte in een visstal. Dat ging daar net zo. De baas was iemand die wachtte op een doorbraak. Hij ging overal staan waar hij een concessie kon krijgen, en hij nam jonge meiden aan om de stal te werken. Als hij inschatte hoeveel hij ging verdienen, keek hij naar de winst van de zaterdag, en deed die keer zes. Omzet en winst haalde hij regelmatig doorelkaar.

Als er een drukke dag was geweest, dacht hij altijd dat hij nu door was gebroken, en het altijd zo druk zou blijven. Als hij een dag garnalen had uitverkocht, vrat hij zich op over de winst die hij misliep van al die garnalen die mensen zouden blijven kopen. Dan hadden ze de volgende dag een bak garnalen extra, die ze niet eens aan hoefden te breken. Het was maar goed dat muffe vis nog goedkoop aan een restaurant in de buurt kon worden verkocht. Goed voor de baas tenminste, ik at daar niet.

Soms had hij een idee, om meer te verdienen. Hij verkocht vooral kibbeling lekker, en hij besliste dan maar geen koolvis meer te gebruiken, maar wijtingpasta, omdat dat goedkoper is. Dat scheelde hem tientallen centen per portie. Hij had vantevoren al berekend hoeveel geld dat zou opleveren. Hij had niet erbij ingerekend dat binnen twee weken hij nog maar de helft van zijn kibbeling zou verkopen. Zo heeft hij zichzelf er wel mee rijkgerekend, ook achteraf.

Toch hield hij altijd zijn hoofd boven water. Hij heeft zich telkens in zijn vingers gesneden, maar hij had nog genoeg klanten over om toch weer uit de kosten te komen. Daar rekende hij ook op. Mensen willen altijd haring. Dus wat je er dan bij doet, maakt niet uit, want je hebt altijd je basisinkomen. Ik denk dat dat te simpel was, maar hij heeft het wel zo gedaan. Dus het moet werken.

Maar ik ken het vooral uit de hoererij. Ik denk dat wij het nòg erger doen dan die andere mensen. Al zolang als ik met collegaatjes omga, zie ik het de hele tijd gebeuren. Vraag ik aan een collega wat ze verdient, dan krijg ik meestal een bedrag wat een topdag is geweest de afgelopen tijd. Soms dacht ik wel dat het voor het sjieke was, maar eigenlijk denk ik dat het ingewikkelder is.

Het is voor een stukje visserslatijn. Je wil niet afgaan voor je collega's, en je wil ook niet graag zeggen dat je niet succesvol bent. Daar hoort een beetje opbieden wel bij. En we worden al vaak genoeg zielig gevonden, dus daar zitten we helemáál niet op te wachten. We willen het dus een beetje optimistisch zien. En als andere meiden dat ook zo doen, dan moedigt dat je ook aan om het zelf zo te zien.

Ik denk dat er ook veel inzit dat je je de goeie dagen beter herinnert dan de slechte dagen. Een slechte dag is saai, en blijft je niet bij. Een goeie dag is een dag waar je meteen aan moet denken als het om geld verdienen gaat. Voor je gevoel telt een slechte dag niet mee, omdat je toen "eigenlijk" niet gewerkt hebt. Helaas is het dan snel zo dat je denkt dat je die hoge bedragen dan maar gewoon aan mag nemen voor altijd. En dan is het dus al misgegaan.

Dat komt denk ik voor een stuk ook door je gevoel. Als je een dag goed verdient, dan heb je het gevoel dat je rijk bent. En dat je de zaak goed hebt lopen. En dat je nog wel verder kan gaan met goed verdienen, en méér kan verdienen, omdat je nu weet hoe het moet. En helaas is het niet altijd zo. Eigenlijk is het meestal gewoon geluk, of toeval, of een korte zegen.

Het zijn vooral de meiden die thuis nooit met geld hebben leren omgaan, die de bocht uitvliegen. Die hebben bovendien nog een lastige gewoonte erbij, dat ze lui worden als ze een volle portemonnee hebben. De volgende lading klanten wordt een beetje slapjes afgewerkt, want ze is nu tòch rijk. En bij rijk zijn hoort ook een hele lelijke houding, een beetje snobberig, maar dan wel op een stadse, botte manier. Daar lopen je klanten van weg.

Ik snap wel dat dat raar klinkt, maar ik heb het bestwel vaak gezien. Er zit toch wel bij veel mensen in dat als je arm bent, dat je danmaar gedienstig en onderdanig moet zijn, en als je rijk bent, dat je dan uit de hoogte kan gaan doen en je nergens wat van aan hoeft te trekken. Dat heeft mij pa me gelukkig al vroeg geleerd om niet te doen, maar niet iedereen had zo'n fijne pa als ik.

Die meiden hebben tegelijk vaak ook iets anders. Als ze een dikke portemonnee hebben, gebruiken ze die alsof hij niet leeg kan. Ze geven geld uit als water, want ze zijn nu rijk. En als de portemonnee leeg is, is dat een nare verrassing. Ze kijken niet naar geld als een ruilmiddel, maar als iets wat aangeeft hoe hard je hebt gescoord. Je kan een gulden maar één keer uitgeven, zei mijn pa al, en daar had hij gelijk in.

Ja, nu moet ik ook even met de billen bloot, want ik heb het zelf dus ook gewoon gedaan. Toen ik voor het eerst met mijn geldmannetje aan de slag ging, heeft hij me gevraagd om al mijn gegevens, en hij heeft me toen pas laten zien hoe weinig ik eigenlijk verdiende in de clubs. Ik had altijd het idee dat ik al mijn geld er gewoon doorgejaagd had als ik weereens de koopkramp kreeg in de Bijenkorf, maar dat was niet zo. Er kwam gewoon véél minder binnen dan ik altijd dacht.

Het sluipt er op allemaal manieren in. In het begin doe je het meestal zo weinig dat je maar een paar keer je hengeltje uitgooit, en dan heb je wel meteen beet. Om een stroom klanten te krijgen om je beroep van te maken is wel moeilijker. Ze komen als ze willen komen, en als je niet nieuw meer bent, is het nog lastiger ook. Maar je denkt dat het nog steeds hetzelfde is als in het begin, en dat dit een tijdelijke dip is.

Als je het even te rusten legt, dan verdwijnt je reputatie, en als je weer terugkomt, ben je voor vaste klanten wat onbetrouwbaar gebleken, en verwacht iedereen dat je meteen weer in vorm bent, en anders zijn ze teleurgesteld. Dan moet je je weer heel erg bewijzen, meer dan toen je begon. Want toen was je nieuw, nu ben je gewoon iemand die haar best niet doet, in de ogen van de klanten.

Het is een fout die iedereen maakt, om te denken dat je moet rekenen met een "normale" dag als een "gemiddelde" dag. Want er zijn veel meer niet normale dagen dan je denkt. Een tandartsbezoekje hier, een verbouwing daar, een wondje op je schaamlip, een dag dat de afspraken niet willen lukken, een kater, een misverstandje met je bordeelbaas, een lekke band, een humeurige PMS-dag, en je maand verdient al een stuk minder dan als je alleen normale dagen had gehad.

Je moet verschil maken met wat je voor gemiddelde gaat bereiken, en waar je de lat voor jezelf legt. Dat zijn verschillende dingen die je makkelijk kan verwarren. Want als je bij de lat ophoudt, dan kan je nooit quitte spelen met de dagen dat je de lat niet haalt. En als je de lat gewoon verhoogt, hoeft het niet zo te zijn dat je die lat ook háált. Je kan veel beter achteraf bekijken wat het nou opgebracht heeft, dan vantevoren bedenken wat je gaat verdienen.

Slecht nieuws blijft veel langer rondhangen dan goed nieuws. Dus als je een week goed werkt, en de laatste dag de klanten afraffelt omdat je teveel hooi op je vork nam, dan hoort iedereen in de geruchten en op Hookers, van je slechte dag. Want die klanten vinden dat ze wel wat te zeggen hebben. Ze hebben gelijk hoor, maar je kan niet onderschatten dat je op die manier wel je aanloop verprutst.

Als ondernemer ben je heel afhankelijk van het geluk. Je kan alleen maar je best doen en bidden. Want de klant bepaalt. En die klant kan je gelukkig proberen te maken, maar er zijn meer visjes in de zee, en de klant doet niet wat jij logisch vindt. Dat zijn ook mensen die dingen vanuit hun intuïtie doen. En ookal doe je alles goed, als de klant een slechte dag heeft, komt hij niet bij je terug. Je kan daar niets aan doen.

Er zijn nog steeds meiden die maar moeite hebben met de Belasting. Je moet oppassen met die lui, dat heb ik wel geleerd. Als je het bruto in je handen krijgt, en je moet dan de helft afgeven aan de Belasting, dan is dat heel wrang. Dat zorgt ervoor dat meiden gaan sjoemelen, en bij dat sjoemelen hoort vaak dat ze voor het gemak maar denken dat wat ze bruto verdienen wel ongeveer netto is. Dat maakt veel uit. Vooral als de Belasting zelf eens langskomt.

Het grootste verschil voor mij tussen verdienen en niet verdienen is klantenbeheer. Door mijn afsprakensysteem kan ik de klanten handig inplannen, en kan ik een goede stroom houden zonder me te overwerken. Ik werk hard voor elke klant. En ik zorg dat ik geen slèchte ervaringen aflever. En ik laat me elk kwartaal voorrekenen wat ik nou heb verdiend en wat ik uit kan geven.

Je kan goed verdienen in de prostitutie. Kàn. En dat kan flink oplopen op een dag. Maar die dag komt of komt niet. En je kan er niet op rekenen. Helaas doen we dat toch. Dan krijg je meiden die beweren dat ze dertienhonderd per dag halen. Omdat ze dat in 2005 één dag hebben gehaald. Maar ze rekenen zich er wel rijk mee. En het rare is dat je dat pas gaat zien als iemand het voor je uitrekent, en niet als je sigaretten moet bietsen omdat je portemonnee leeg is.

5 opmerkingen:

Anoniem zei

Heel erg wijs!

Als iedereen dit besef zou delen, van ondernemer tot ambtenaar tot politicus... Dan zou de wereld een stuk vrolijker worden...

Erik zei

Ach ja, er zijn van die mensen die zeggen dat geld niet belangrijk is. Als je het niet hebt blijkt het echter heel belangrijk te zijn!

Anoniem zei

Prachtig blog! Ik heb t nog niet met een hoer gedaan. Maar zondares, als ik wist hoe ik je kon bereiken zou ik meteen een afspraak maken! Je lijkt me verrukkelijk...

Anoniem zei

Dit komt gewoon door de menselijke psychologie. Daar kunnen we niks aan doen.

Anoniem zei

Goed inzicht in de menselijke natuur. Ik haal ook nooit mijn omzet die ik van een typische dag zou verwachten.